Zondag 27 juli 2014 (deel 12)

git-72-garde1

git-72-garde2

Van veraf zichtbaar is de fraai op een heuvel gelegen molen van Garde (72). De netjes gerestaureerde molen is een soort ‘tussentype’ tussen de veel voorkomende Gotlandse bovenkruier met zadelkap en de wat meer “Hollandse” molens in Skäggs (nr. 4) en Boge (50). Romp en wiekenkruis (clockwise met alleen borden) zijn typisch Gotland, het kapmodel wijkt daarentegen af: een soort ‘gebroken’ achthoekige kap die ook als zodanig wordt afgebeeld op pag. 75 van het voornoemde boek Väder- och Vattenkvarnar på Gotland. De staart is weer vrij “Hollands” met een staartbalk, twee spruiten en vier schoren.

De molen zit helaas op slot, dus blijft het bij een paar buitenopnamen.

Verder naar Etelhem, of beter; het even ten noordwesten daarvan gelegen gehucht Västringe. Ook de hier staande standerdmolen (73) is netjes gerestaureerd. Hij heeft een breed ‘kombuis’ zoals we eerder zagen in Ardre (nr.65) en Utalskog (69). Ook deze molen zit op slot, dus beperk me ook hier tot een paar buitenopnamen.

Dan een ander probleem: we moeten vrij dringend tanken. Vrijwel heel Gotland is – zeker voor Nederlandse begrippen – behoorlijk ‘’uitgestorven’. In dit zuidelijke deel van het eiland – waar we ons onderhand bevinden – is er eigenlijk maar één stadje (beter: iets groter Nederlands dorp) met de nodige winkels en faciliteiten: Hemse. Nu moeten we dus tanken. Etelhem lijkt heel wat op de kaart, maar we vinden er geen winkels, laat staan een tankstation. Als we het dorp langs de zuidzijde verlaten passeren we aan de rechterkant een molentekentje, dat wil zeggen: een molentekentje op de kaart van Tommy Masters. We zien geen molen, maar echt goed zoeken doen we niet, dus we kunnen niet uitsluiten dat er toch nog een molen (restant) staat (73A).

Na vergeefse pogingen in Garde en Lye kunnen we uiteindelijk tanken in Stånga. Ook vinden we daar een supermarkt (zondag open!) waar we wat inkopen doen en onze jerrycan vullen met water.

Geleidelijk aan rijden we weer terug naar de oostkust, met als eerste de ronde stenen grondzeiler van het gehucht Lyrungs (74). Hij staat wat verscholen op een boerenerf en is duidelijk ooit eens gerestaureerd. Inmiddels is het wiekenkruis enigszins in verval geraakt. Opvallend is het ‘kruisverband’ op de beide staartschoren. Niet duidelijk is of dit origineel is. Ook hier kunnen we niet naar binnen, maar het is de vraag – zie de volgende molens – of we daar veel aan missen…