Maandag 28 juli 2014 (deel 12)

git-111-ottes1

Een kilometer of drie oostelijker staat nog een standerdmolen (111) bij het gehucht Ottes. De molen is schitterend gelegen en reeds van veraf zichtbaar. Hij is wat vervallen, maar lang niet zo erg als de vorige. Het wiekenkruis is zeer vervallen, de kap ligt open aan de voorzijde, maar verder is hij redelijk goed wind- en waterdicht.

Inwendig verkeert de molen in goede staat. Op de steenbalk hangt een bordje met als tekst – vrij vertaald – ‘molen gerestaureerd met nieuwe wieken in 1966’. Dat die wieken bijna een halve eeuw na dato aan vervanging toe zijn is geen schande. Verder een gevalletje: nú conserveren om erger te voorkomen. Het bovenwiel is een tot stropwiel omgebouwd armwiel.

git-112-sundre

Even verder naar het noorden is ook de volgende molen al van veraf zichtbaar. Het is de molen van het dorpje Sundre (112): een vrij grote achtkante stenen grondzeiler van het Bornholm-type die vrij veel lijkt op die van Tore (nr. 109). Info over deze molen is te vinden op pagina 134-135 van het boek. De in 1893 gebouwde molen hoorde vanouds bij ‘Vännes Gård’ (een soort landgoed). De redding van de al bijna tot ruïne vervallen molen vond plaats in 1953 toen hij werd aangekocht door de familie Sundin. Sinds die tijd dient de molen als vrijetijdswoning. Ook in 2000 is de molen gerestaureerd. De originele kap met spruiten is nog aanwezig; staart, bovenas en wiekenkruis ontbreken. Te vrezen valt dat er weinig meer over is van het gaandewerk (al heb ik hiervoor geen bewijs)

Via een omweg komen we in het gehucht Nore waar een goed geconserveerde zeskante stenen grondzeiler van het Bornholm-type staat (113). De vrij kleine molen is hoogstwaarschijnlijk ook ingericht als vakantiewoning, maar heeft een aantal interessante details. De molen heeft nog zijn originele kap met bovenas en een spruit door het midden van de kap (of moet ik deze ‘middenbalk’ noemen?). Een zwaar metalen oog aan die spruit c.q. middenbalk doet vermoeden dat er geen houten schoren naar de staartbalk liepen, maar stalen trek- (en druk-)stangen. Het is verder maar de vraag of er nog een tweede (korte) spruit aanwezig is geweest.

Vlakbij staat de tweede molen van Nore (114): een ronde stenen grondzeiler van het zuivere Gotland-type. De molen is netjes gerestaureerd (maar op slot). Boven beide toegangsdeuren is een merkwaardig rond raam dat met een dito luik is afgesloten. De functie hiervan is onduidelijk. Onder beide ramen zitten (lijkt het) slijtsporen, alsof er een soort poelie heeft gedraaid. Motorische aandrijving van buitenaf via een tractor? Misschien wat ver gezocht, temeer daar bij beide ramen deze slijtsporen te zien zijn. Kortom: een open vraag….

Hier duiken we de bossen in op zoek naar een overnachtingsplaats, want het is onderhand wel weer genoeg geweest voor vandaag….

Na de nodige bosweggetjes vinden we een schitterende overnachtingsplaats aan de zuidoostkust van Storsudret (op de kaart bij “Sandvik”). Na alle beslommeringen van vanmorgen is het toch nog een heel geslaagde dag geworden met ruim 30 bezochte molens. Het is nog steeds schitterend zomerweer, de krat bier staat in zee (om nog een beetje te koelen) en de IC gaat lekker badderen in zee…. Als hij is gaan slapen en ik nog wat over de zee zit te turen (omdat ik zoals altijd weer niet kan slapen) zijn er rond middernacht weer die vreemde lichtflitsen in het oosten boven zee: onweer? Ja, wel een symptoom, maar geen echt onweer. Vreemd ja… Morgen een omslag van het weer? We wachten af…