En daar gaan we weer. Voor de tiende keer zelfs. De tiende “Grote IC-Tour” zogezegd. Maar… waar slaat dat eigenlijk op? Welnu, het komt er op neer dat we binnen een relatief korte periode, meestal 10 á 11 dagen, zoveel als mogelijk molens bezoeken in een bepaald gebied. ‘We’ dat zijn Paul Groen (ook wel ‘de IC’ genoemd), rechts op de foto en schrijver dezes, Willem Roose, links. De term ‘’IC’’ is ooit door mij bedacht in een column dat ik in 1994 schreef voor het vakblad De Molenaar. Hiermee doelde ik op irritante molencollega’s die op je molen komen en feitelijk niets anders doen dan je wijzen op zaken die niet in orde zijn. Paul draaide het op: Híj was diegene die (beroepsmatig) op molens komt om te vertellen wat er allemaal niet deugt. De term ‘’IC’’ was geen belediging, het was juist een geuzennaam! En zo ontstond de bijnaam van Paul…
Eerdere Grote IC-touren gingen naar Oost-Duitsland (1995), Polen (1996), Engeland (1998), Tsjechië (1999), Polen (2001), Zweden en Denemarken (2002), Lithauwen en Letland (2005), Zweden, Estland en Letland (2007) en Zweden en Denemarken (2011).
En vandaag, vrijdag 25 juli 2014, koersen we andermaal naar het hoge noorden. De molens (het liefst alle molens) van het Zweedse eiland Gotland zijn ditmaal ons doelwit. Even voor zevenen vertrekken we vanuit Montfoort (waar de IC woont) om ruim twee uur later in een regenachtig Duitsland te belanden…
Het weer zit zondermeer tegen: met name tussen Osnabrück en Hamburg valt de regen soms met bakken tegelijk uit de lucht. Gelukkig klaart het verder noordwaarts snel op: als we het eiland Fehmarn oprijden, op weg naar de boot naar Denemarken, schijnt de zon volop. Dat zou – een enkele dip daargelaten – de komende negen dagen ook zo blijven. Uitzonderlijk, want Scandinavië heeft al weken bijna tropisch weer en daar lijkt dus (gelukkig) nauwelijks verandering in te komen.
Nu we toch nog een eindje moeten rijden, eerst nog wat ‘’ongeschreven regelementen’’ van een Grote IC-Tour: we rijden en slapen in een busje; aanvankelijk in één van mij, sinds 2002 in één van de IC. Aan campings, laat staan hotels doen we niet. ’s Avonds kokkerelt de IC een eenvoudige doch voedzame maaltijd bij elkaar, na het opstaan is er een eenvoudig ontbijt en de rest van het eten en drinken doen we tijdens de tocht. “Alles voor het quotum” (of woorden van gelijke strekking) zeggen we dan vaak tegen elkaar. Ongezellig? Absoluut, maar we doen dit dan ook niet voor de lol.
Het zit mee: om de boot naar Gotland van (ca.) 9 uur ’s avonds te halen dienen we om half 9 aanwezig te zijn, maar we zijn bijna een uur te vroeg. De IC heeft nog volop gelegenheid om een blik soep op te warmen.
Hier zijn we in de haven van Oskarhamn met op de achtergrond de gigantische veerboot die ons naar Gotland zou vervoeren (op de terugweg zouden we overigens een exemplaar van veel kleinere proporties hebben, doch dit even ter zijde). De overtocht duurt ca. 3 uur en al die tijd blijft het weer zo fantastisch dan we in ons T-shirt aan dek kunnen blijven staan (en zitten uiteraard).
Iets over de research: hiertoe hebben we gebruik gemaakt van de zogenaamde ‘Vägkartan’ (deel 111 en 117, schaal 1: 100). Op deze kaarten zijn al zeer vele ‘molentekentjes’ aangegeven en deze bleken redelijk tot goed betrouwbaar. De bekende Bredase molinoloog Ton Meesters (hierna te noemen Tommy Masters) bezit een oudere editie van de Vägkartan (toen overigens nog onder een andere naam). De molentekentjes hierop komen niet 100% overeen met de onze. Door de molentekentjes die wél op zijn kaarten maar niet op de onze voorkwamen, in te tekenen op de onze, ontstonden meer dan 200 potentiële molenlocaties. In een wat ouder overzicht van Zweedse molens, samengesteld door Leo van der drift, is sprake van een soortgelijk aantal (218). Omdat ruim 200 molens in zeven dagen (volgende week zaterdagochtend hebben we de boot terug geboekt) zelfs ons wat gortig lijkt, hebben we ons feitelijk alleen gefocust op de molentekentjes.
Linksom of rechtsom?
Draaien de Nederlandse molens nu linksom of rechtsom? Om deze oeverloze discussie te vermijden, hanteren we in dit verslag de internationale termen ‘’clockwise’’ en ‘’anti-clockwise’’: Kijk naar een molen vanaf de kant vanaf het wiekenkruis en draait het kruis met de klok mee dan is hij clockwise en draait het tegen de klok in dan is het anti-clockwise. Simpel. De Nederlandse molens draaien dus allemaal anti-clockwise
Aankomst in Visby
Even hadden we gehoopt, mede door het mooie weer, dat het vannacht feitelijk niet helemaal donker zou worden. Helaas, de langste dag ligt alweer ruim een maand achter ons en tegen middernacht, als we arriveren in de haven van Visby (ongeveer uit te spreken als Wisbue), is het gewoon donker. Dat wordt dus op onze intuïtie een overnachtingsplaats zoeken en dat pakt helemaal niet verkeerd uit: we parkeren de bus tussen wat laag geboomte even ten zuiden van weg 146, enkele kilometers ten oosten van Visby. De volgende morgen blijkt dat we op het terrein van een kalksteengroeve staan. Het is een mooie locatie. Precies één week later zouden we hier naar terugkeren.